zondag 5 april 2020

Dapperstraat

Natuur was voor tevredenen en legen
Maar wie gaat nog naar buiten in dit land?
't Is op tv, je leest het in de krant:
Een monstervirus, dus je vecht ertegen

Geen mens meer op de stedelijke wegen
De kaden leeg, een stille waterkant
De mensen, door hun zolderraam omrand
Je ziet ze nog slechts binnenshuis bewegen

Het lockdown-einde wordt met smart verwacht
Het leven houdt zich nog een tijd verborgen
En wacht tot er groen licht komt van de staat

Dan wordt het feest, zo heb ik overdacht
Dat op een stralendblauwe zondagmorgen
Er weer geluk is in de Dapperstraat

Christaan Abbing


woensdag 5 februari 2020

De Dapperbuurt

Als kind kwam ik jaarlijks in twee steden.
Ach, zo ging dat, er leek niets aan de hand.
Tot ik op school in Delhi ben beland.
Ver van Amsterdam, kwam’k mezelf tegen.


In het strafregime kon ik me niet bewegen:
Een dansend schip op vreemde kust gestrand.
Nimmer was’k tegen ’t leven zo fel gekant
als in die klas waar’k zo heb geleden.


Zo’n verschil, dat had ik nooit verwacht.
Als in een diepe put opgeborgen,
dan is het alsof lijden eeuwig duurt.


Dit heb ik, terug in Nederland, gedacht:
(’t was een natte zomerdag zonder zorgen)
Ik woon gelukkig in de Dapperbuurt.

Nico Keuning